Main content

Inhoud

Kippen

Vleeskippen

Het massale aanbod aan 'kippenvlees' in onze supermarkten is afkomstig van stevig uit de kluiten gewassen kuikens. Het gaat om vlees van speciaal gefokte kippenrassen die als eigenschappen een snelle groei en veel borstvlees (kipfilet) hebben. Met proteïnerijke voeding worden broedkuikentjes in amper zes weken tijd vetgemest tot slachtrijpe kippen van meer dan twee kilogram. Het korte leven van deze dieren is een aaneenschakeling van pijnlijke welzijns- en gezondheidsproblemen.1

Video: Animal Rights legt dierenleed vast in de vleeskippensector. Een vrijwilliger werkte undercover in een broeierij. Ook werden opnames gemaakt in Vlaamse stallen met vleeskuikens.

De productie van kippenvlees begint in vermeerderingsbedrijven. Daar worden hanen en hennen gehouden voor de productie van broedeieren. De hanen en hennen leven met duizenden samen in van buitenlicht- en lucht afgesloten schuren, wat leidt tot veel stress en angst. De hennen hebben het extra zwaar te verduren omdat het paringsgedrag van de stevig gebouwde fokhanen zeer ruw is.

De bevruchte eieren die door de hennen gelegd worden zijn bestemd voor broederijen om kunstmatig uitgebroed te worden in broedkasten. Het duurt ongeveer 21 dagen voordat de kuikens uit het ei komen. De uitgebroede kuikens worden gesorteerd en gekeurd. Dieren die te klein zijn of afwijkingen vertonen worden gedood.

Undercover

Animal Rights filmde undercover in een Vlaamse broederij hoe kuikentjes gedood worden door het breken van de nek op de rand van een krat, of door verdrinking in een emmer water. In de kratten met lege eierschalen bevinden zich achtergebleven kuikentjes. Deze dieren worden met de eierschalen in een afvalcontainer gegooid waar ze sterven door gebrek aan zorg en voedsel.

De kuikens die geschikt bevonden worden voor verkoop worden geleverd aan vleeskuikenhouders, waar ze in versneld tempo moeten opgroeien tot slachtrijpe kippen.

Snelgroeiende kuikens

Vanuit de broederijen worden eendagskuikens op transport gezet naar de vleeskuikenhouders. Daar wacht hun een grote kale schuur met wat strooisel op de vloer en automatische voeder- en watersystemen. De stallen blijven permanent afgesloten, de verluchting gebeurt via ventilatiesystemen.1 Daglicht is er ook niet. Het slaap- en waakritme van de kuikens wordt bepaald door verlichtingssystemen. Om de groeisnelheid van de dieren kunstmatig op te drijven, worden de lichten zoveel mogelijk aangelaten.2

In een zestal weken tijd zullen de kuikentjes in de stallen opgroeien tot kippen van meer dan 2 kilogram. Veel vleeskuikenhouders verkiezen omwille van de rendabiliteit hun stallen zo dicht mogelijk vol te stoppen. De bezettingsgraad van een stal wordt uitgedrukt in ‘kilogram per vierkante meter’. De maximaal toegelaten bezettingsgraad is 42 kilogram per vierkante meter.3 Dat betekent dat er tegen het einde van de groeicyclus ongeveer 21 kippen per vierkante meter in de stal zitten. De hedendaagse vleeskuikenstallen zijn opgezet voor duizenden dieren. Vanaf 220.000 vleeskuikens spreekt men van een megastal.4

Welzijn en gezondheid

Zoveel mogelijk dieren moeten in zo kort mogelijke tijd en met zo min mogelijk kosten de maximum winst opleveren. Dat is de vuistregel van de vleesindustrie. Dat dit principe het welzijn en de gezondheid van de dieren niet ten goede komt zal niemand verbazen.

Tijdens de eerste week in de stal beschikken de nog kleine kuikens over enige bewegingsvrijheid. Niet voor lang, want om hen snel op slachtgewicht te brengen, krijgen ze speciaal voer toegediend. De kuikentjes groeien als kool. Al snel hebben ze onvoldoende mogelijkheden om te scharrelen en te fladderen. Het gedwongen samenleven met honderden soortgenoten in een beperkte ruimte verstoort ook het sociale gedrag van de dieren. Waar kippen in normale omstandigheden een pikorde realiseren, is dit omwille van de abnormaal hoge groepsgrootte in de moderne vleeskuikenstallen niet meer mogelijk. Dit veroorzaakt stress bij de dieren.1

De onnatuurlijk opgedreven groeisnelheid heeft ernstige gevolgen voor de ontwikkeling van de kuikens.2 Tegen de derde week is driekwart van de kuikens niet meer in staat om normaal te lopen. Een derde van de dieren lijdt chronische pijn aan poten en gewrichten. Ze bewegen steeds minder en blijven steeds langer in het natte strooisel liggen dat met uitwerpselen bevuild is. Daarnaast lijden veel kuikens aan 'buikzucht' en het vocht dat rond de organen is opgehoopt, maakt ademhalen zeer moeilijk. Bijna 50% lijdt aan tibiale dyschondroplasie of misvormingen bij de vorming van het kraakbeen.

Tegen de vierde week hebben ook de inwendige organen zwaar te lijden onder het hoge groeitempo. Een deel van de kuikens bezwijkt door aandoeningen aan hun hart, darmen en luchtwegen. Sommige kuikens vallen plots dood neer: ze zijn in feite 'doodgegroeid'. Andere stikken als gevolg van buikzucht, omdat het vocht rond de organen het ademen uiteindelijk onmogelijk maakt. Vele kuikens worden kreupel omdat hun gewrichten het abnormaal zware lichaamsgewicht niet meer kunnen dragen.

Maar het wordt nog erger voor de dieren. Tegen de veertigste dag van de groeicyclus kan een kwart van de dieren zich zeer slecht voortbewegen, en sommigen helemaal niet meer. De dieren liggen passief op het strooisel dat nat en vuil is van de uitwerpselen. De bijtende ammoniak in hoge concentraties veroorzaakt borstblaren, en pootaandoeningen zoals voetzoollaesies en brandhakken.3 Pijnlijke zweren en zwartbruine verkleuringen aan de poten zijn het resultaat.4 De ongezonde samenstelling van de lucht in de stallen, slecht geregelde temperaturen en stof, afkomstig van het strooisel en van de dieren zelf, veroorzaken irritaties aan ogen en luchtwegen.5

Volgens de wet moeten fokkers hun vleeskuikens minimaal twee keer per dag inspecteren. Zieke of gewonde dieren moeten een passende behandeling krijgen of onmiddellijk worden gedood.6 Maar de groepsgrootte van de vleeskuikens in de steeds groter wordende bedrijven maakt het onmogelijk om deze controles grondig uit te voeren met aandacht voor elk individueel dier. Zieke en zwakke dieren kunnen lang blijven zitten zonder gepaste zorg, of sterven zonder dat iemand iets in de gaten heeft.7

Ruiming van de stal

Als de vleeskuikens een gewicht van 2 à 2,5 kilo bereikt hebben, zijn ze 'klaar' voor consumptie. De dieren moeten naar het slachthuis. Om de kippen uit de stallen te halen worden gespecialiseerde bedrijven ingehuurd. Het ‘ruimen’ van een stal gebeurt meestal ‘s nachts. Er wordt verondersteld dat de dieren dan rustiger zijn. Volgens de wet moeten de kippen “in een rustig tempo zorgvuldig in de containers geladen worden, niet stoten tegen containerranden of dieren te vroeg loslaten, geen dieren op de rug in de containers, geen beklemde dieren, etc.”.1

Men kan al raden dat dit in de praktijk onmogelijk te realiseren valt. Een ploeg arbeiders moet binnen verloop van een paar uur tijd duizenden kippen vangen en in kratten stoppen. Zwaar en uitputtend nachtwerk, in een moordend tempo. ‘Dierenwelzijn’ is wel het laatste waar bij een ruiming naar gekeken wordt. De kippen worden met bosjes bij elkaar gegraaid en aan de poten naar de klaarstaande transportbakken gesleurd. Verstijfd van angst worden de dieren uiteindelijk op een vrachtwagen geladen om afgevoerd te worden. De stal krijgt een grote schoonmaakbeurt en wordt na een tweetal weken leegstand gevuld met nieuwe kuikens.

De meeste ruimingen van vleeskuikenstallen gebeuren doorgaans door het handmatig vangen van kippen, maar er bestaan ook vangmachines. Een voorbeeld daarvan kun je bekijken in een bedrijfsfilmpje van de firma Peer System B.V.2

Het eindstation voor de kippen is het slachthuis. In de Nederlandse pluimveeslachterijen wordt meer en meer gebruik gemaakt van gasverdoving voor het slachten. De Belgische slachterijen kiezen nog steeds massaal voor de goedkopere en gruwelijkere methode van 'waterbadverdoving'. De kippen worden ondersteboven aan de poten opgehangen aan slachthaken en met de kop door het 'verdovende' waterbad gehaald. De slachthuizen gebruiken echter lagere stroomsterktes dan de door Europese wetgeving voorgeschreven minimumsterkte. Hierdoor zijn heel wat kippen nog bij bewustzijn wanneer zij geslacht worden. De Belgische overheid gedoogt deze inbreuken op de Europese dierenwelzijnswetgeving omwille van economische belangen. In industriële kippenslachthuizen kunnen ruim 9.000 kippen per uur gedood worden, dat zijn er ongeveer 150 per minuut.

Cijfers

In Nederland bedraagt de veestapel voor vleeskippen ruim 48 miljoen dieren.1 Op jaarbasis worden meer dan zeshonderd miljoen vleeskuikens geslacht in Nederlandse slachthuizen.2 In België bedraagt het aantal vleeskippen ruim 27 miljoen, waarvan iets meer dan 22 miljoen in Vlaanderen en bijna 5 miljoen in Wallonië. Ruim 300 miljoen kippen worden jaarlijks geslacht in Belgische slachthuizen. 3

Is biologisch kippenvlees diervriendelijk?

Dat biokippen ‘een goed leven hebben’ is een zoveelste illusie. Ook bij de productie van biologisch kippenvlees is de grootste zorg van de fokker de rendabiliteit van zijn bedrijf. Biokippen krijgen hooguit een iets minder slecht leven dan hun soortgenoten in reguliere bedrijven.

In de biologische sector worden ‘traaggroeiende’ vleeskippenrassen gebruikt. Waar hun reguliere soortgenoten 'slachtrijp' zijn op de leeftijd van 42 dagen (zes weken), bereiken biokippen het gewenste slachtgewicht pas na 81 dagen (11,5 weken). Dat is nog altijd een waanzinnig hoog groeitempo. Ter vergelijking: een legkip is volgroeid na 18 weken. In een biokippenstal worden een tiental kippen per vierkante meter gehouden. De dieren kunnen ook naar buiten, waarbij de bezettingsgraad van de buitenloop 4 kippen per vierkante meter bedraagt. De groepsgrootte in een biostal is beperkt tot 4800 kippen, wat nog steeds veel te veel is om een natuurlijke pikorde te realiseren. Tegen de tijd dat de biokippen ‘slachtrijp’ zijn heeft 8 tot 14 procent van de dieren last van hakdermatitis ('brandhakken'), en 25 procent, ofwel 1 op 4 biokippen, loopt kreupel. Het ruimen van de stal, het transport naar het slachthuis, en het slachten verloopt bij biokippen op precies dezelfde manier als bij reguliere vleeskippen. 1 2

Door geen kip te eten, spaar je acht dierenlevens per jaar! Met Plant Power informeren we mensen over plantaardige voeding.