Inhoud
Animal Rights dient klacht in tegen seponering moordzaak wolf in Wapse
Op 19 juni 2024 vernam Animal Rights van het Functioneel Parket te Zwolle, dat de zaak waarvan zij op 17 juli 2023 aangifte had gedaan, ten aanzien van alle betrokkenen zou worden geseponeerd. Het gaat hier om de laffe moord op een wolf in Wapse. Animal Rights heeft inmiddels een klacht ingediend op grond van artikel 12 lid 2 Sv.
Artikel 12 van het Wetboek van Strafvordering geeft belanghebbenden de mogelijkheid een klachtprocedure te starten om een zaak die is geseponeerd, of afgedaan met een transactie of strafbeschikking, alsnog voor de rechter te brengen. In dit geval is het aan het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden om de klacht inhoudelijk te behandelen en te besluiten of het OM alsnog tot vervolging over moet gaan.
Voor de aangifte en tijdlijn lees: DIERENORGANISATIES DOEN AANGIFTE TEGEN ZES BETROKKENEN BIJ DE LAFFE MOORD OP EEN WOLF IN WAPSE
Strafrechtelijke immuniteit
In verband met de burgemeester en de loco-burgemeester, die het besluit namen, en de politieagent die de executie uitvoerde, heeft het Openbaar Ministerie (OM) blijkens de sepotbrief overwogen dat deze personen strafrechtelijke immuniteit toekomt.
De tekst van artikel 175 Gemeentewet luidt: “In geval van oproerige beweging, van andere ernstige wanordelijkheden of van rampen, dan wel van ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, is de burgemeester bevoegd alle bevelen te geven die hij ter handhaving van de openbare orde of ter beperking van gevaar nodig acht.” Animal Rights benadrukt dat er geenszins sprake was van een gevaarlijke situatie, zeker niet vanaf het moment dat de wolf zich verscholen hield onder de zonnepanelen. Hierdoor kan er geen sprake zijn van strafrechtelijke immuniteit op grond van artikel 175.
Onduidelijke juridische situatie
Het OM weet dat natuurlijk ook wel en geeft daarom aan dat ook in geval voornoemden géén strafrechtelijke immuniteit toe zou komen, zij de zaak jegens deze beklaagden zou seponeren in verband met de grote onduidelijkheid omtrent de juridische situatie.
Zelfs als daarvan sprake zou zijn, gaf de situatie geenszins aanleiding tot de genadeloze executie van de wolf. De wolf was ingesloten (tegen het advies van de politie in) en verschool zich onder een zonnepaneel.
In tegenstelling tot hetgeen het OM beweert was er volgens Animal Rights geen enkele onduidelijkheid over de juridische situatie. De Gemeente Westerveld wist dat het (juridisch) uitgangspunt is dat het afschieten van een wolf, als strikt beschermde diersoort, uitsluitend in zeer uitzonderlijke omstandigheden überhaupt aan de orde kan zijn.
Daarbij waren er op het moment van het incident al meerdere uitgewerkte protocollen voorhanden. Ondermeer het ‘Interprovinciaal Wolvenplan’, de fact-finding study ‘De wolf terug in Nederland’ en de juridische analyse ‘De juridische bescherming van de wolf in Nederland en in een aantal andere Europese landen’ vormen de basis voor het provinciaal wolvenbeleid.
In het Interprovinciaal Wolvenplan d.d. 24 januari 2019 (dus ruim voorhanden voor de executie) staat op pag. 16 bij ‘4.4.1.3 Ingrijpen bij wolven in Nederland’ en vooral in tabellen 1a/b/c hoe situaties in te schatten en welke maatregel daarbij passen. In het hoofdstuk staat verder wie bevoegd is en wat tot de mogelijkheden behoort.
In het document ‘De juridische bescherming van de wolf in Nederland en in een aantal andere Europese landen’ d.d. 24 september 2021 (dus ook ruim voor de executie voorhanden) wordt dat nog verder uitgewerkt.
Van de gemeente Westerveld mag worden verwacht dat zij zich van dergelijke informatie had voorzien.
Bovendien is gebleken dat de gemeente Westerveld zich pas ná het onomkeerbare handelen is gaan bekommeren om de vraag of het doodschieten juridisch gezien wel mocht. De suggestie van het OM, dat de gemeente Westerveld zich voor een juridische ingewikkelde kwestie gesteld voelde, berust dan ook op een veronderstelling die onjuist is.
Gebrek aan bewijs
Met betrekking tot de dierhouder en zijn zoon heeft het OM overwogen dat deze zaak geseponeerd dient te worden aangezien er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs jegens deze beider beklaagden zou zijn.
Animal Rights acht die stelling verre van geloofwaardig. Niet alleen waren er tenminste vijf personen (en daarmee getuigen) aanwezig, waaronder notabene een bevoegd opsporingsambtenaar van de politie, ook zouden er, volgens de berichten, camerabeelden moeten zijn geweest.
Onnavolgbaar is de stelling van het OM dat weliswaar kan worden bewezen dat de wolf gevangen is gehouden en dat de wolf is geslagen, maar niet kan worden “bewezen dat de verdachten de wolf zodanig hebben verstoord dat dit een overtreding van de (oude) Wet Natuurbescherming oplevert.”
Animal Rights ziet dan ook geen reden om de zaak jegens deze twee beklaagden te seponeren met de stelling dat zij de situatie – in woorden van het OM – niet bewust hadden opgezocht en slechts werden geconfronteerd met de situatie en daarmee sprake zou zijn van een te geringe strafwaardigheid. Door het advies van de politie te negeren en eigenhandig de wolf actief op te zoeken om deze te slaan, hebben beklaagden willens en wetens de situatie onnodig opgezocht en laten voortduren.
Moes
Een zesde beklaagde, een notoire wolfhater, wordt niet genoemd in de sepotbeslissing, hetgeen bij Animal Rights de vraag oproept of het onderzoek jegens deze beklaagde überhaupt is opgestart. Animal Rights meent dat dit alsnog zou moeten gebeuren en verwijst daarvoor naar haar aangifte.
Afrastering was niet wolfwerend
Volledigheidshalve merkt Animal Rights nog op dat het OM in haar sepotbrief telkens spreekt van een wolf binnen een wolfwerend raster. Animal Rights bestrijdt dit ten zeerste; zoals uit beelden van RTV Drenthe blijkt, was de wolf haast van een trappetje (een stapel stenen) voorzien om het terrein binnen te komen.
Onafhankelijke rechtspraak van groot maatschappelijk belang
Er is in de media veel te doen om de komst van wolven naar Nederland. Hoewel Animal Rights van oordeel is dat deze verrijking van de biodiversiteit het verdedigen waard is, weet ook zij van de negatieve reacties en daarmee de politieke, maatschappelijke en juridische gevoeligheid van de kwestie. Om die reden acht zij tussenkomst van onafhankelijke rechtspraak van groot maatschappelijk belang. Onwenselijk is de beschreven situatie waarin voorhanden zijnde protocollen links blijven liggen, experts niet worden geraadpleegd en gemeentes of politieagenten naar eigen goeddunken handelen.
Hoogleraar in de Algemene Rechtswetenschappen aan de Rijksuniversiteit Groningen, prof. dr. mr. Brouwer zei hier publiekelijk over:
”Ik denk wel dat er een signaal moet uitgaan van de eventuele strafzaak waarin de strafrechter laat zien: denk erom dat het niet nog eens gebeurt, want er is geen wettelijke basis voor een optreden van de politie onder leiding van de burgemeester”
Het gerechtshof dient nu te beslissen of het OM deze zaak alsnog voor de rechter moet brengen. Dat lijkt Animal Rights vanzelfsprekend.
Update - de schutter
Uit een brief van 13 augustus 2024 van het OM aan Animal Rights’ advocaat blijkt dat naar de agent die de wolf afmaakte alleen een feitenonderzoek is gestart. Indien een politieambtenaar van de geweldsbevoegdheid gebruikgemaakt heeft, kan de officier van justitie op grond van art. 511a van het Wetboek van Strafvordering een feitenonderzoek gelasten en dat is hier gebeurd. Het feitenonderzoek is, anders dan een opsporingsonderzoek, gericht op de vraag of het geweldgebruik in overeenstemming met de geweldsinstructie is geweest, en dus niet gericht op de vraag of de politieambtenaar een strafbaar feit heeft gepleegd. De opsporingsambtenaar wordt in het feitenonderzoek niet aangemerkt als verdachte, noch als getuige.
Dit onderzoek is uitgevoerd door de afdeling Veiligheid Integriteit en Klachten van de politie Eenheid Noord-Nederland, terwijl het milieuteam onder leiding van het Funktioneel Parket in Zwolle onderzoek deed naar het handelen van de andere personen waartegen aangifte was gedaan, onderzoek Lissabon.
Uit dit separate onderzoek blijkt opnieuw dat door een medewerker van de politie in de meldkamer is geadviseerd om het raster te openen, teneinde ontsnapping mogelijk te maken, en dat hieraan geen gehoor is gegeven, waardoor de wolf effectief gevangen werd gehouden. Door de loco-burgemeester en vier politiemensen ter plaatse is geen advies ingewonnen. De loco-burgemeester heeft desondanks het bevel gegeven tot afschot.
Naar de mening van het OM was er geen sprake van accuut gevaar en geen sprake van een probleemwolf. Er waren andere (niet dodelijke) interventies mogelijk. Er is in de onderhavige situatie verkeerd gehandeld.
Omdat de loco-burgemeester dacht te handelen ter handhaving van de openbare orde en dus ter uitvoering van een exclusieve overheidstaak, zou hem immuniteit toekomen. Omdat de loco-burgemeester vanwege die immuniteit niet vervolgd kan worden, kan ook de politieambtenaar, als uitvoerder van zijn bevel, niet vervolgd worden. Dit is dus eigenlijk geen sepotbeslissing, maar een (geen) vervolgingbeslissing.
Omdat het OM ook wel weet dat dit een zeer wankel betoog is, dat grote kans maakt om door een rechter van tafel te worden geveegd, beroept men zich ook nog op het al even wankele argument dat er nog zo weinig bekend was en men het allemaal nog niet kon weten.
Het OM ziet tenminste wel in dat de politieambtenaar zich niet kan beroepen op art. 43 van het Wetboek van strafrecht: "Niet strafbaar is hij die een feit begaat ter uitvoering van een ambtelijk bevel, gegeven door het daartoe bevoegde gezag”. Hij adviseerde de loco-burgemeester immers zelf. Het bevel is onbevoegd gegeven en hij heeft zelf de inhoud mede bepaald.
Doordat het gaat om twee gescheiden onderzoeken is het nog even de vraag welk gerechtshof, Arnhem-Leeuwarden of Den Haag, de klacht van Animal Rights zal behandelen.
Update - beantwoording schriftelijke vragen
Op 15 juli 2024 stelden de de fracties van de SP, Partij voor de Dieren en Lijst Pormes vragen aan de voorzitter van Provinciale Staten van Drenthe over het besluit van het OM over de doodgeschoten wolf in Wapse. De antwoorden kwamen pas op 18 september. Uit de reactie van de provincie spreekt vooral een grote tegenzin tot het geven van antwoorden en wordt er voor die antwoorden vooral veel verwezen naar derde partijen, zoals de gemeente, de politie, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en het OM.
De provincie lijkt de hele zaak vooral snel achter zich te willen laten en doet het af als een leermoment: “De toelichting van het OM verscherpt het beeld van het juridisch kader bij het handelen in situaties wolf-mens.”
En: ”Wij zijn in overleg met de politie en de Drentse burgemeesters om de handelswijze op elkaar af te stemmen in het geval er zich in de toekomst soortgelijke situaties met wolven voordoen.”
De aangiftes en impliciete veroordeling door het OM, ondanks de sepots, lijken wel indruk te hebben gemaakt: ”Het is algemeen bekend dat deze zaak bij alle betrokkenen diepe sporen heeft achtergelaten en alleen maar verliezers kent. Naar aanleiding van de uitspraak van het OM kunnen wij ons dan ook niet voorstellen dat er ook maar iemand is die “denkt ermee weg te komen”.”
Bij vraag 6 wordt de vraag gesteld of GS beschikt over beeldmateriaal dat betrekking heeft op deze kwestie. Het gaat dan vooral om de videobeelden van het bijten van de wolf, gemaakt door de familie van de hobbyboer, waarvan LTO Noord voorzitter Dirk Bruins kort na het incident op televisie zei dat hij ze had gezien. De provincie antwoordt: "Het bij ons beschikbare beeldmateriaal is naar aanleiding van een Woo-verzoek openbaar gemaakt en staat op onze website." Maar daar zitten geen videobeelden bij.
Het antwoord op de vraag over de wolfwerendheid van de afrastering is ook interessant: ”Destijds hebben wij geconstateerd dat dit een van de degelijkste wolf- werende hekken was die wij tot dat moment in Drenthe hadden gezien. Op de dag van de aanval is vastgesteld dat het hek aan de richtlijnen voor wolfwerende rasters voldeed. Later hebben wij vastgesteld dat er strikt genomen op detailniveau nog wel wat kleine verbeterpunten waren. Dit geeft aan dat dit ook voor ons een leerproces is.” De provincie geeft schoorvoetend toe dat het hek niet wolfwerend was.
De provincie besluit de beantwoording zoals men deze begon: “Aangezien wolven een relatief nieuw fenomeen zijn in Nederland, hebben verschillende partijen, waaronder wijzelf, waardevolle lessen getrokken uit de situatie in Wapse. Onze voorkeur gaat ernaar uit deze kwestie hiermee af te sluiten en onze inspanningen te richten op het maken van heldere afspraken met de politie en burgemeesters. Zo zorgen wij ervoor dat iedereen weet hoe te handelen in situaties met wolven.”