Main content

Inhoud

Duizenden dieren opgeofferd voor kattenvaccins - Animal Rights gaat naar de rechter

Nieuws: 29 juli 2024
Dier­proeven

In Nederland zullen de komende vijf jaar een kleine 2000 dieren worden opgeofferd voor experimenten voor kattenvaccins. Het gaat om honden, katten, cavia’s, hamsters, konijnen, paarden, kippen, muizen en ratten.1

Geldgewin

Een groot deel van de experimenten heeft als doel een vijfvoudig vaccin te ontwikkelen voor feline herpesvirus, feline calicivirus, feline chlamydiosis, feline panleukopenie (kattenziekte) en feline leukemie.
Voor de beoordeling van een experimentaanvraag, weegt de Centrale Commissie Dierproeven (CCD) het leed van de proefdieren af tegenover de baten voor, in dit geval, mens en dier. Het experiment werd dan ook goedgekeurd omwille van de voordelen van een vaccin voor de bescherming van katten.

Echter bestaan er voor voornoemde pathogenen al, enkelvoudige of gecombineerde, vaccins. Het voornaamste voordeel dat een nieuwe combinatievaccin dus zou opleveren, is dat het farmaceutische bedrijf een nieuw product op de markt kan brengen. Een groot deel van dit project is dus gebaseerd op geldgewin.

Rowena Vanroy, Animal Rights: “Mensen gaan er ten onrechte van uit dat dierproeven levensreddend zouden zijn. Dit project is maar een van vele voorbeelden van dierproeven die enkel gaan over winst maken voor farmabedrijven.”

Ook honden, cavia's en konijnen de klos

De dierproefnemer geven aan ook te moeten testen op andere soorten. Daarvoor wordt deze verklaring gegeven:

“Bij de ontwikkeling van kattenvaccins worden naast katten ook andere diersoorten ingezet. Dit gebeurt om te onderzoeken of een nieuw vaccin veilig is voor andere dieren waarmee katten in contact kunnen komen. Door het vaccin op deze dieren te testen, kan worden bepaald of het vaccin veilig kan worden gebruikt in een omgeving waar verschillende diersoorten samenleven.”

Animal Rights vraagt zich af waarom de vaccins dan niet in de eerste plaats op mensen worden getest, aangezien zij toch de primaire diersoort zijn waar huiskatten mee in aanraking komen.

Humane eindpunten

De dierproefnemers zullen verschillende diersoorten gaan infecteren met soms ernstige ziektes. Toch wordt de schade voor de dieren, het "ongerief", veelal als licht of matig ingeschat. Dit komt omdat dierproefnemers gebruik maken van zogenaamde "humane eindpunten".

Het komt erop neer, dat je een dier ernstig ziek kunt maken. Maar als je het dan doodmaakt voor het echt ellendig is, heet dat een "humaan eindpunt". Vervolgens kun je in de statistieken weergeven dat het met het ongemak voor de dieren allemaal wel meevalt.

Warrige projectaanvraag

Animal Rights verkreeg in het kader van ons bezwaar tegen het verlenen van de vergunning het aanvraagdossier voor dit project. Wat we te zien kregen was een kluwen van deelprojecten waaruit onmogelijk kan worden bepaald wat er nu precies wordt getest, op welke manier en waarom. De CCD stelt enkele vragen, krijgt daar slechts deels een antwoord op, maar kiest er vervolgens toch voor om de vergunning zonder voorwaarden te verlenen.

Rowena Vanroy: “We zien nogmaals wat we eigenlijk al wisten, vrijwel alle aanvragen voor dierproeven worden zonder meer goedgekeurd.”

Lees ook: Waarom dierproeven altijd worden goedgekeurd.

Bezwaar

Animal Rights diende bezwaar in tegen het verlenen van de vergunning voor deze dierproef op basis van de volgende gronden:

  • De CCD heeft in haar belangenafweging niet meegenomen dat er al vaccins op de markt zijn.

  • De aanvraag is onvoldoende overzichtelijk om te achterhalen welke proef met welk doel wordt uitgevoerd.

  • Er is gebrek aan inzicht over de duur van sommige proeven. Zo komt uit het aanvraagdossier plots naar voren dat bepaalde experimenten wel vier jaar zullen lopen.

  • Er worden nieuwe infectiemodellen (dieren worden geïnfecteerd met bepaalde pathogenen) opgezet, maar de onderbouwing daarvan ontbreekt.

  • Voor een bepaald experiment worden katten 21 uur voedsel ontzegd.

  • Er is onduidelijkheid over het doel van een experiment waarvoor cavia’s worden geïnfecteerd met een influenza virus.

Dierproeven zijn onnodig en achterhaald. Animal Rights ziet keer op keer voorbeelden van laksheid van toezichthoudende instanties en proefdiernemers. Dierproeven worden goedgekeurd, zelfs al is het zogenaamde voordeel voor de maatschappij twijfelachtig. In sommige gevallen worden dierproeven door de wetgever zelfs verplicht zelfs als er alternatieven zijn.